Masterclass Gevaarlijke producten: hoe omgaan met gevaarlijke producten en wat te doen met de SDS’en?

28 maart 2023
by Nicole Otten

Vorige week woonden 35 deelnemers de masterclass over gebruik en opslag van gevaarlijke stoffen en SDS’en bij, georganiseerd door VMx, op de vakbeurzen Worksafe, Maintenance en M+R in Antwerp Expo.

10 zaken hierover die je maar beter onthoudt:

  1. De definities voor gevaarlijke producten, ontvlambare vloeistoffen, brandbare vloeistoffen, … verschillen van elkaar in de wetgeving voor preventieadviseurs en milieucoördinatoren! Zeker als je beide petjes draagt in de organisatie is het belangrijk dat je de wetgeving voor zowel preventie als milieu bekijkt!
  2. Bij het etiketteren van gevaarlijk producten hebben ADR-pictogrammen voorrang op de CLP-pictogrammen. Als er een CLP-gevaarpictogram op de buitenverpakking overeenkomt met hetzelfde gevaar zoals beschreven in de ADR-transportregels mag het CLP-pictogram weggelaten worden. Iets wat voor verwarring kan zorgen bij de herkenning van gevaarlijke producten en bij opslag ervan.
  3. Gevaarlijke producten moeten op een goede manier opgeslagen worden. Hierbij horen verschillende verplichtingen: register gevaarlijke producten, diverse eenmalige en periodieke keuringen van tanks, inkuipingen en afstandsregels. Tip: Kies niet voor lekbakken met kraantjes.
  4. Vergeet het voorzorgsprincipe niet bij de opslag van gevaarlijke producten. Ook al zijn er geen opgelegde afstandsregels tussen producten, hou steeds rekening met de reactiviteit t.o.v. elkaar!
  5. Sinds 1 januari dit jaar gelden nieuwe voorschriften voor de samenstelling van de SDS’en. Daardoor zijn er enkele wijzigingen aan de inhoud van een SDS. Wat dit inhoud is terug te vinden via deze link.
  6. Na ontvangst van een SDS kan je best een eerste administratieve controle uitvoeren. ‘Doe de VIB-test’ van de Rijksoverheid Nederland kan hierbij een hulp zijn.
  7. De informatie die in de SDS’en terug te vinden is, is te gebruiken bij o.a. inventarisatie, de opmaak van VIK’s (veiligheidsinstructiekaarten), de uitvoering van een risico-analyse chemische agentia, de opmaak van de opslaglijst voor een omgevingsvergunningsaanvraag. Daardoor is het van belang om met recente SDS’en te werken. Tip: Een SDS mag liefst maximaal 3 jaar oud zijn.
  8. Ext-SDS is de bijlage van de SDS. Deze bevat bijkomende informatie en voorwaarden. Deze voorwaarden kunnen naar de mens of naar het milieu toe zijn en zullen moeten afgetoetst worden. Opgelet, sommige leveranciers plaatsen enkel een link naar de bijlage in de SDS! Voor de controle van de voorwaarden zijn er deadlines: houd deze in de gaten. Bovendien is er een verplichting om alle informatie i.k.v. REACH verplichtingen gedurende 10 jaar bij te houden nadat de aangekochte stof of mengsel voor het laatst werd gebruikt in de organisatie.
  9. Uitvoering van de conformiteitscontrole van ext-SDS’en:
    1. Controle op de werkvloer: Ga na hoe het product gebruikt wordt en dat voor elk gebruik. Stel telkens de volgende vragen, neem foto’s en documenteer: Welke procestechnieken en omstandigheden? Welke PBM’s worden gebruikt? Welke risicobeheersmaatregelen zijn er? Wordt het geloosd, is er een WZI, zijn er emissies naar lucht, …?
    2. Verwerk de data: Dit doe je door het vergelijken van de eigen procestechnieken, gebruiksomstandigheden en risicobeheersmaatregelen met deze in de bijlage. Bij afwijkingen, maak een actieplan op. In dit actieplan neem je op wie wat doet en tegen wanneer? Opgelet hou rekening met de termijn van 12 maanden!
  10. Een goed beheer van SDS’en en ext-SDS’en is noodzakelijk! Om dit te optimaliseren kan je dit best in de aankoopprocedure opnemen. Zo maak je afspraken over hoe producten binnenkomen in de organisatie alsook over de bijhorende informatie.